We zijn blij dat minister Jetten met zijn pakket de klimaatdoelen voor 2030 in zicht brengt. Duidelijke, duurzame normen en beprijzing van vervuiling dragen wezenlijk bij aan de transitie naar een duurzame economie. Bedrijven weten nu beter waar ze aan toe zijn.
Er is in het pakket helaas echter te weinig aandacht voor de circulaire economie – en dat terwijl de transitie naar klimaatneutraliteit en een circulaire economie juist zo nauw zijn verbonden, zoals Jetten zelf tenslotte zei in zijn Kamerbrief. Eigenlijk krijgen alleen circulaire plastics en biobased bouwen aandacht in het klimaatpakket. Terwijl Jetten spreekt over ‘extra geld voor het opschalen van circulaire innovaties’, lezen we in de concrete maatregelen vooral een continuering van al bestaand beleid en subsidies met onvoldoende middelen.
Om in 2050 een volledig circulaire economie te realiseren zijn grotere stappen en een enorme versnelling nodig. En dat is nóg lastiger als je weet dat er geen of weinig budget voor is vrijgemaakt in het Nationaal Programma Circulaire Economie.
Naast de overheid speelt de sector natuurlijk ook een rol. Ontwerpers en bouwers kunnen nu al toewerken naar die circulaire economie. Bijvoorbeeld door design by opportunity: ze kunnen in de omgeving verkennen welke herbruikbare bouwmaterialen beschikbaar zijn en dat als uitgangspunt voor het ontwerp nemen. Denk aan lokale bouwkringloopbedrijven, restmaterialen van aannemers, of sloopbedrijven die zicht hebben op wat er binnenkort beschikbaar komt. Ontwerpen kunnen demontabel worden gemaakt, zodat de bouwelementen bij het einde van de functionele levensduur van een bouwwerk weer opnieuw kunnen worden ingezet.
Als er dan nog meer materiaal nodig is, bieden biobased bouwmaterialen mogelijkheden. Niet alleen voor de constructie, maar ook voor isolatie, ruimtelijke inrichting, afwerking en inrichting zijn allerlei biobased alternatieven beschikbaar. Deze moeten dan ook bij het einde van de levensduur zo hoogwaardig mogelijk worden ingezet.
Tot slot liggen er grote kansen bij afvalvrij ontwerpen. Tot wel 20 procent van het materiaal dat nodig is voor een bouwwerk komt weer als afval vrij.
Dus: als bij het ontwerp al gestuurd wordt op afvalvrij bouwen, dan scheelt dat een slok op een borrel.
David Thelen is sectormanager gebouwde omgeving bij MVO Nederland.
“Als sectormanager hoop ik de publieke en private sector te ondersteunen in hun reis om duurzamer en toekomstbestendiger te worden. Ik ben ervan overtuigd dat het mogelijk is, maar dat we onze manier van werken moeten heroverwegen, herzien en een andere bestemming moeten geven. Het gaat om het herontwerpen van onze huidige werkprocessen, niet om stapsgewijze veranderingen. Alleen dan kunnen we duurzaamheid opschalen.”