Een duurzame renovatie, met aandacht en respect voor de monumentale waarde. Aan de Nieuwe Spiegelstraat 8-10 in Amsterdam heeft Heyligers architects het voormalige pand van de Fotovakschool uit 1881 een nieuwe bestemming gegeven als kantoor met monumentaal karakter. Kenmerkend voor het ontwerp van het architectenbureau zijn de rijke lichtinval, mooie doorzichten en interessante belijningen, evenals de perfecte symbiose tussen oud en nieuw. De taatsdeuren met FritsJurgens scharnieren zijn hier een uitstekend voorbeeld van en gaan vanzelfsprekend op in de originele houten lambrisering.
Heyligers architects werd bij het project betrokken toen de stripsloop van het pand al grotendeels gereed was, vertelt Marleen Valstar, projectarchitect en partner bij Heyligers architects. Het bureau voor architectuur, interieurarchitectuur en projectmanagement startte haar ontwerpopgave met de brandwerende puien en de inpassing van een gemeenschappelijke kern met trappenhuis en glazen lift.
“We wisten al vrij snel dat we een plaatstalen trap wilden plaatsen”, aldus Valstar. “Door het bordes halverwege een knik te geven, ontstaat een bijzondere vorm. Een positie links van het midden zorgt bovendien voor mooie zichtlijnen richting het souterrain.”
Om de balustrade te verbijzonderen, is gekozen voor verticale balusters. “Doordat deze balusters om en om doorschieten in de trapboom ontstaat een bijzondere vakverdeling die ook terugkomt in de stalen puien en in de nieuwe erker, die uitzicht biedt op het dakterras en opvalt door zijn mooie, ronde glashoeken.”
De plafonds van het trappenhuis zijn afgewerkt met timmerwerk. Ook zijn op meerdere plekken daklichten en dakramen toegevoegd, om daglicht ver naar binnen te laten stromen. Voor de verlichting is gekozen voor een boeiende combinatie van lange led-lichtlijnen en led-spots.
In de nieuwe situatie beschikt het kantoor over een statige entree met veel glas. “Vanaf hier kunnen medewerkers en bezoekers vijf treden afdalen naar het souterrain of omhoog gaan naar één van de drie kantoorverdiepingen”, aldus Valstar. De missie van Heyligers architects was vooral om deze verdiepingen in sfeer en functie te upgraden. Maar vooral ook om de monumentale onderdelen van deze verdiepingen te respecteren en/of weer zichtbaar te maken voor haar gebruikers. Als voorbeeld noemt Valstar de constructieve toogplafonds in het souterrain en op de eerste verdieping, waarvan het metselwerk met zorg is aangeheeld.
“Op andere posities hebben de kamers cassetteplafonds gekregen, die het monumentale karakter van het gebouw benadrukken en gelijktijdig de installaties verbergen. Om het gebouw de juiste (menselijke) maat en schaal te geven, zijn loden profielen toegepast in de bovenlichten van de ramen op de eerste verdieping. Hierdoor ontstaat een mooie relatie met het glas-in-lood op de verdieping erboven.”
Een ander karakteristiek element zijn de stijlkamers aan de voorgevel op de tweede verdieping, die nog grotendeels intact waren, vertelt Valstar. “Kenmerkend hier was bijvoorbeeld de monumentale houten lambrisering, waarachter monumentale deuren stijlvol wegschuiven. Natuurlijk hebben wij deze lambrisering intact gelaten, maar helaas bleken niet alle deuren behouden. Hierdoor kregen we te maken met een groot gat in de wand. Hoe konden we hier een mooie oplossing voor vinden, die bovendien eer zou doen aan het originele ontwerp? En hoe konden we de grote deuren van circa 2,80 x 1,00 meter (hxb) zo mooi mogelijk ophangen? Het antwoord werd gevonden in grote taatsdeuren, in combinatie met de taatsscharnieren van FritsJurgens.
De taatsdraaiende deuren zijn aan de binnenzijde voorzien van hout, in dezelfde kleur en detaillering als de monumentale houten lambrisering. “Aan de buitenzijde haken we aan op de wandpanelen van de kantoorruimte, waardoor een heel verrassend geheel ontstaat, met wederom veel respect voor de rijke historie.” Groot voordeel van de FritsJurgens taatsscharnieren is volgens Valstar het minimalistische design. “Je hebt geen lelijke vloerpotten in het zicht. Het beeld van de wandafwerking loopt heel mooi door en als de deuren gesloten zijn, kun je nergens aan zien dat het taatsdraaiende deuren betreft. Dit zorgt voor een mooi verrassingselement. Design en functionaliteit komen hier heel mooi samen.”
“Wat Valstar ook heel kwaliteitsverhogend vindt, is de softclose-functie van de taatsscharnieren. “Dankzij een instelbare sluitingsdemping (soft close) en hydraulische openingsdemping wordt een hele elegante deurbeweging geborgd. Door een inbouwdiepte van slechts 8 mm kon het systeem bovendien uitstekend geïnstalleerd worden in combinatie met vloerverwarming.”
Met de taatssystemen van FritsJurgens kunnen de taatsdeuren zelfs verder dan 180° geopend worden, vertelt Jeroen Iemhoff, projectmanager bij FritsJurgens. “Hierdoor worden een comfortabele doorloop en een ruimtelijk gevoel geborgd. Voor de montage hoeven slechts een vloer- en plafondplaat van 40 x 80 mm bevestigd te worden. Waar de plafondplaat wordt vastgezet met reguliere schroeven, zijn voor de vloerplaat twee gaatjes van 8 mm voldoende.” Het onderhoudsvrije taatsscharnier van FritsJurgens wordt al in de fabriek van de deurfabrikant in de taatsdeur geïntegreerd.